events
TENT en Witte de With heropenen gerenoveerd pand
Op vrijdag 17 januari 2014 hebben TENT en Witte de With Center for Contemporary Art hun gerenoveerde pand aan de Witte de Withstraat in Rotterdam officieel in gebruik genomen. Door de ingrepen is het gebouw op straatniveau toegankelijker en zijn tentoonstellingen en activiteiten beter zichtbaar voor het publiek. Beide kunstcentra verbinden zich zo meer dan ooit met de straat en de stad. Het grondig gerenoveerde pand werd vrijdag gedoopt door de Rotterdamse wethouders Antoinette Laan (Sport en Recreatie, Kunst en Cultuur) en Alexandra van Huffelen (Duurzaamheid, Binnenstad en Buitenruimte) onder leiding van de Rotterdamse kunstenaar Joep van Lieshout. Atelier van Lieshout bottelde twee grote flessen met speciaal voor deze gelegenheid gebrouwen dranken: “Wijsheid” en “Volharding”. De beide wethouders doopten het gebouw door het stukslaan van de flessen tegen de vernieuwde gevel. Hiermee wensten zij het pand en de beide kunstinstellingen een behouden vaart.
Witte de Withstraat 50
Het uit 1875 daterende gebouw aan de Witte de Withstraat is een voormalige meisjesschool die sinds 1990 door Witte de With Center for Contemporary Art in gebruik is. Het plan voor de renovatie werd ontwikkeld door het Rotterdamse architectenbureau Zandbelt architectuur en stedenbouw. In dit ontwerp wordt de gevel geopend door vier en een halve meter hoge ramen, die van vloer tot plafond reiken. De entree wordt vernieuwd en de faciliteiten op de begane grond worden gerenoveerd. Tevens neemt Witte de With een ruimte aan de straatzijde, op de begane grond, in gebruik. De gedeelde ontvangstruimte werd herzien naar een ontwerp van de Berlijnse Studio Miessen. De vloeren van de tentoonstellingszalen van TENT werden geëgaliseerd. De verbouwing van Witte de Withstraat 50 is tot stand gekomen dankzij de genereuze ondersteuning van de Gemeente Rotterdam, bijdragen van Stichting Job Dura Fonds, OVG, Stichting Bevordering van Volkskracht, de G.Ph. Verhagen-Stichting, Bouwfonds Cultuurfonds en een forse eigen investering van Stichting Witte de With en Centrum Beeldende Kunst Rotterdam.